Is het mogelijk om fictiefilms te gebruiken in combinatie met wiskundeproblemen om de interesse van studenten te ontwikkelen? Dit boek, het resultaat van een masterscriptie, probeert de interesse van studenten in het basisonderwijs te analyseren voor het oplossen van wiskundige problemen die verband houden met het gebruik van filmische fictie in de klas. Het theoretische raamwerk werd ondersteund door Problem Solving, Interest, Semiotics en Fiction, met de bijdrage van auteurs als Dewey, Polya, Santaella, Peirce, Modro en Napolitano, die de mogelijke relaties probeerden te traceren tussen de belichte themäs, hun toepassingen en gebruik in onderwijs en ook de evolutie ervan. Het laat de rol zien die een fictiefilm kan spelen in een wiskundeles, hetzij als motivator voor wiskunde, hetzij als inleider of assistent bij de ontwikkeling van inhoud, met andere woorden, als contextualisator voor het creëren van wiskundige problemen. Aanbevolen voor leraren in opleiding, leraren die op scholen werken, als inspiratie voor gedifferentieerde praktijken.